Pancratiusparochie Sloten






Delen:
meld deze pagina op Twitter meld deze pagina op Facebook
Volgen:
link naar de RSS Feed van de laatste nieuwsberichten volg Pancratiusparochie op Twitter volg Pancratiusparochie op Facebook

Gezocht: heiligen (m/v)

gepubliceerd: vrijdag, 18 oktober 2013
Gezocht: heiligen (m/v)

De ko­men­de tijd willen wij op deze web­si­te aan­dacht beste­den aan heiligen in de katho­lie­ke kerk. De katho­lie­ke kerk kent ruim tien­dui­zend heiligen – één op elke hon­derd­dui­zend gelo­vi­gen. Waar is dat eigen­lijk goed voor? En wat betekent het om ‘heilig’ te zijn?

Op www.ignisweb­ma­ga­zine.nl werd deze week een artikel van pater Gregory Brenninkmeijer sj over dit on­der­werp ge­pu­bli­ceerd.

Gezocht: heiligen (m/v)

“Moet de paus niet ophou­den heiligen te creëren?” Dat was de kop boven een ingezon­den artikel in The Guardian pas gele­den. Aan­lei­ding was het feit, dat paus Fran­cis­cus op zon­dag 12 mei acht­hon­derd mar­te­la­ren heeft heilig verk­laard. Zij had­den in 1480 in Zuid-Oost-Italië de bele­gering en verove­ring van hun stad Otranto door de Ottomanen overleefd, maar wei­ger­den hun chris­te­lijk geloof af te zweren en de islam te omarmen. Zij wer­den allen om het leven gebracht in het dal der mar­te­la­ren, om hun trouw aan het geloof in Christus.

Rolmodellen

In zijn preek zei paus Fran­cis­cus: “Het was precies dat geloof dat hun de kracht gaf trouw te blijven”, en de paus bad: “Nu we de mar­te­la­ren van Otranto vereren, laten we God vragen die vele chris­te­nen te steunen en te bewaren die in onze tijd op zoveel plaatsen ter wereld nog steeds te lij­den hebben onder geweld. Dat Hij hen de moed en trouw mag verlenen om het kwaad dat hen wordt aan­ge­daan met goed te be­ant­woor­den.”

Som­mi­ge mensen verklaren we heilig in de stilte van ons hart

De schrijver van het artikel in The Guardian geeft toe dat wij katho­lie­ken steeds weer behoefte hebben aan ‘rol­mo­dellen’, mensen die ons bemoe­digen en in­spi­re­ren in ons geloof, terwijl wij ons best doen om een enigszins behoor­lijk leven te lei­den. Dat des te meer in een tijd, waarin we gecon­fron­teerd wor­den met zovelen die als rol­mo­del erns­tig te kort zijn geschoten. Maar zou je niet mogen zeggen, zo vraagt hij zich af, nu we in onze kerk ruim tien­dui­zend heiligen hebben – dat wil zeggen één op elke hon­derd­dui­zend gelo­vi­gen – dat we nu wel over ruim voldoende rol­mo­dellen be­schik­ken?

Heelma­king

Hier over mijmerend gingen mijn gedachten een andere kant op. Iedere heilige is het werk van Gods Geest. Niemand kan het op eigen kracht. Het is nooit een per­soon­lijke pres­ta­tie. Gods Geest bewerkt hei­lig­heid, de Helper, die de Vader in Jezus’ naam gezon­den heeft. In de meest uit­een­lo­pende omstan­dig­he­den en tij­den heeft Hij mensen bezield een goed leven te lei­den. Een leven, bewust of onbewust, in navol­ging van Jezus, die ons heeft voor­ge­daan wat leven is, wat liefde doet. De navol­ging van Jezus heeft alle denk­ba­re en ondenk­ba­re vormen aan­ge­no­men, maar altijd in dienst van het heil, dat Jezus onder ons bewerkt heeft; altijd in dienst van het Ko­nink­rijk Gods. Wij allen zijn daartoe ge­roe­pen. Wij allen wor­den daartoe gesteund door Gods woord en sacra­ment. Ieder op zijn plaats, met haar talenten en in haar eigen omstan­dig­he­den, is ge­roe­pen heilig te wor­den door een bijdrage te leveren aan de heelma­king van onze wereld.

Een heilig­ver­kla­ring is niets anders dan open­lijk verklaren dat mensen in deze of die figuur die heelma­king hebben ervaren. Meestal verklaren we dat in kleine kring, door de verhalen die we over hem of haar ver­tellen, door de tranen die we om hem of haar schreien. Dank­baar gedenken we wat we door die ene persoon in ons leven hebben ont­van­gen. Zijn foto krijgt een ere­plaats. Ik kan er maar niet toe komen haar brieven, die her­in­ne­ringen, weg te doen. Som­mi­ge mensen verklaren we heilig in de stilte van ons hart en we danken God om deze mens.

Navol­ging

Maar zo nu en dan zijn er figuren die er uit springen, mis­schien één op de hon­derd­dui­zend, waar­van het spoor voel­baar, zicht­baar te volgen is over heel de wereld. Dan krijgen we er behoefte aan om te juichen. Om de heilige Geest toe te juichen om wat Hij in die mens onder ons heeft bewerkt. Om open­lijk te verklaren dat we leven op de manier van deze mens voor­beel­dig vin­den. Dat we ons daaraan kunnen optrekken. Hij of zij spiegelt ons een visioen voor dat tot navol­ging noodt.

Wil ik een bijdrage leveren aan het heil van mensen en al doende heilig wor­den?

Wat staat mij voor ogen als ik het heb over de heilige Geest? Wat bid ik eigen­lijk, als ik – zoals we met Pink­ste­ren nog deden – bid: ‘Kom, heilige Geest’? Dat de Heilige Geest vrede mag brengen in het Midden-Oosten? Of de graai­cul­tuur mag omspitten? Dat Hij de goe­de­ren op aarde recht­vaar­diger zal ver­de­len of welk ander probleem zal oplossen? Of bid ik dat Hij mij mag komen in­spi­re­ren om meer te leven over­een­koms­tig het evan­ge­lie? Bid ik Hem te komen om mij te helpen een bijdrage te leveren aan het heil van mensen en al doende heilig te wor­den? Als we geen heiligen meer willen hebben moeten we daar meteen mee stoppen. Want uit de vele heilig­ver­kla­ringen valt af te lezen dat dat gebed verhoord wordt.