Feest van de H. Thomas van Aquino
kerkleraar

28 januari viert de kerk het feest van de H. Thomas van Aquino, kerkleraar. Hij werd rond 1225 geboren in het Italiaanse plaatsje Roccasecca bij Aquino. Hij was de jongste zoon van graaf Landulfo van Aquino. Voor zijn vorming werd hij toevertrouwd aan de benedictijner monniken van het nabijgelegen klooster Monte Cassino. Maar na enige tijd voelde hij zich aangetrokken tot de zojuist door de Spanjaard Dominicus Guzmán († 1221; feest 8 augustus) gestichte orde der predikheren, de Dominicanen.
Hij ging in Parijs theologie studeren en behaalde er de doctorsgraad. Eenmaal afgestudeerd, was hij was een veelgevraagd docent. Hij gaf theologie achtereenvolgens aan de universiteiten van Parijs (1252-1260), van Orvieto (12601-1264), van Rome (1265-1267), van Viterbo (1268), terug in Parijs (1269-1271) en tenslotte aan de universiteit van Napels (1272-1274).
Ondanks zijn intelligentie en in weerwil van de waardering die hij overal ontmoette vanwege zijn gelovige scherpzinnigheid, bleef hij een bescheiden mens. Hij was een man van gebed. Op weg naar het concilie van Lyon, stierf hij te Fossanova, vlakbij Rome.
Verering & Cultuur
Hij werd in 1323 heilig verklaard en in 1567 uitgeroepen tot kerkleraar.
Hij heeft een indrukwekkend oeuvre nagelaten. Op zijn sterfbed zou hijzelf hebben gevraagd alles te verbranden, omdat al die woorden niet in staat waren het ware geheim van God ook maar enigszins te benaderen. Aan zijn verzoek hebben zijn tijdgenoten niet voldaan.
Tot op de dag van vandaag wordt zijn Summa Theologica (Samenvatting van de Theologie) nageslagen en bestudeerd. Eén van de vragen die hij in zijn Summa behandelt, luidt, of Jezus terecht een groot leraar wordt genoemd. Hij merkt daarbij op dat een leraar des te belangrijker is, naarmate hijzelf geen enkel geschrift heeft nagelaten. Pas als zijn leerlingen hun best doen alle woorden van hun meester voor het nageslacht te bewaren en op te schrijven, hebben we te doen met een werkelijk groot leraar, aldus Thomas. Hij dacht hierbij natuurlijk aan Jezus, wiens woorden en daden door de evangelisten zijn opgetekend. Waarschijnlijk ook aan de Griekse wijsgeer Socrates (470-399 vóór Chr.), wiens woorden door zijn leerling Plato voor het nageslacht zijn bewaard.
Toch is die opmerking van Thomas niet zonder humor, als je bedenkt hoeveel dikke boeken hijzelf geschreven heeft...
Diezelfde humor valt te bespeuren in Thomas' opmerking dat een mens een minimum aan materiële voorzieningen nodig heeft, wil hij aan godsdienstig leven toekomen. Ieder weet, dat Thomas zeer dik was, en dat er zelfs gezien zijn dikke buik, een stuk uit de tafel was gezaagd op de plek waar hij de maaltijd gebruikte...
Patronaten
Hij geldt als patroon van de dominicaner orde. In 1880 werd hij patroonheilige van alle katholieke universiteiten en studiehuizen. Daarnaast is hij beschermheilige van theologen, studenten, boekhandelaars en potloodfabrikanten. Zijn voorspraak wordt ingeroepen tegen onweer.
(www.heiligen.net)
Angelustoespraak van paus Benedictus XVI over de relatie tussen geloof en rede
op de feestdag van de H. Thomas van Aquino / 28 januari 2007
Beste broeders en zusters!
De liturgische kalender gedenkt vandaag de heilige Thomas van Aquino, een groot Kerkleraar. Met zijn charisma als filosoof en theoloog biedt hij een geldig model van harmonie tussen rede en geloof, dimensies van de menselijke geest die zich eerst ten volle verwezenlijken in de ontmoeting en dialoog met elkaar.
De menselijke reden "ademt" om zo te zeggen, volgens het denken van Sint Thomas, dat wil zeggen beweegt zich binnen een weidse, open horizon waar zij het beste van zichzelf tot uitdrukking kan brengen. Wanneer de mens zich daarentegen beperkt tot het bedenken van alleen materiële en proefondervindelijk te bewijzen objecten en zich sluit voor de grote vragen over het leven, over zichzelf en over God, verarmt hij.
De relatie tussen geloof en rede vormt een serieuze uitdaging voor de momenteel in de westerse wereld dominante cultuur en juist hierom heeft de geliefde Johannes Paulus II er een Encycliek aan willen wijden, die dan ook de titel draagt Fides et Ratio - geloof en rede. Ook ik heb dit onderwerp onlangs hernomen in de toespraak tot de Universiteit van Regensburg.
Inderdaad levert de moderne ontwikkeling van de wetenschappen ontelbare positieve resultaten op, zoals we allemaal zien. Deze moeten altijd erkend worden. Maar tegelijkertijd is het nodig toe te geven dat de tendens om alleen datgene voor waar te houden dat proefondervindelijk te bewijzen valt, een beperking betekent van de menselijke rede en een verschrikkelijke, inmiddels breed erkende schizofrenie te weeg brengt, waardoor er sprake is van een samengaan van rationalisme en materialisme, hypertechnologie en het ongeremd volgen van instincten.
Het is daarom noodzakelijk op een nieuwe manier de menselijke redelijkheid te herontdekken in haar openheid voor het licht van de goddelijke Logos en voor haar volmaakte openbaring in Jezus Christus, de mensgeworden Zoon van God.
Wanneer het christelijk geloof authentiek is, dan doodt het niet de vrijheid en de menselijke rede. Waarom zouden geloof en rede dan angst moeten hebben voor elkaar wanneer ze, door elkaar te ontmoeten en met elkaar in dialoog te gaan, zich nog beter tot uitdrukking kunnen brengen? Het geloof veronderstelt de rede en vervolmaakt haar, en de rede, verlicht door het geloof, vindt de kracht om zich te verheffen tot de kennis van God en van de geestelijke dingen.
De menselijke rede verliest helemaal niets door zich te openen voor de inhouden van het geloof, integendeel, deze vereisen juist haar vrije en bewuste adhesie.
Met ver vooruitziende wijsheid slaagde Thomas van Aquino erin een vruchtbare confrontatie aan te gaan met het Arabische en Joodse denken van zijn tijd, zodat hij beschouwd wordt als een nog steeds actuele leermeester wat betreft de dialoog met andere culturen en godsdiensten.
Hij wist die bewonderenswaardige christelijke synthese te bieden tussen rede en geloof die voor de westerse beschaving een kostbaar erfgoed vormt waaruit ook vandaag de dag te putten valt om met vrucht te kunnen dialogeren met de grote culturele en godsdienstige tradities van de wereld.
Laten wij bidden dat de christenen, in het bijzonder zij die in academisch en cultureel milieu werken, de redelijkheid van hun geloof tot uitdrukking weten te brengen en daarvan weten te getuigen in een dialoog die geïnspireerd wordt door de liefde.
Vragen we deze gave aan de Heer op voorspraak van de heilige Thomas van Aquino en vooral van Maria, Zetel der Wijsheid.